
I N D E Z E B L O G
“Ik werk dagelijks met leerlingen die moeite hebben met lezen en scholen die advies vragen om het lezen te verbeteren. Na analyse kom ik er regelmatig achter dat de leerling nog niet voldoet aan de leesvoorwaarden zoals de letters en de visusynt (Struiksma, 2018). In deze “Zo doe je dat” leg ik daarom het onderdeel ‘letters’ uit”. – Sandra van Leeuwen
V O O R W I E
Bent u leraar of IB’er van groep 3, 4 & 5 en zit u regelmatig aan tafel met leerlingen die moeite hebben met het onderscheiden van letters? In deze blog vatten wij onze jarenlange ervaring samen in het direct met leerlingen oefenen van lettervaardigheid. We geven tal van praktische tips, zodat het plezier voor de leerling en voor u, met sprongen vooruit gaat.
Volgens de streefdoelen vanuit de DTLAS (Struiksma, 2018) werkt men voor beheersing op M3 niveau naar 36 letters in 48 seconden, voor beheersing op E3 niveau werkt men naar 36 letters in 30 seconden, voor beheersing op M4 niveau naar 36 letters in 24 seconden en bij een hoger niveau dan M4 naar 20 seconden. Dit tempo is nodig om de letters vlot op te kunnen roepen en teksten vloeiend te kunnen lezen.
O E F E N E N O P D E J U I S T E M A N I E R
Flitskaartjes
Een set kaartjes van 37 letters (of in Groep 3 de letters die reeds zijn aangeboden).
Stoplicht
Een visualisatie van een stoplicht of drie rondjes (groen, oranje, rood) die op tafel worden gelegd.
Wij hebben de 37 flitsletters voor u in een PDF bestand klaar staan. Deze kunt u op stevig papier uitprinten en uitknippen.

1: Uitleg van het stoplicht
U legt de kleuren van het stoplicht uit.
- Groen: daarop komen de letters die de leerling in één keer weet,
- Oranje: daarop komen de “nadenk letters”,
- Rood: daarop komen de letters die de leerling nog niet weet.
2: Uitleg van de oefening
Vertel de leerling dat u de kaartjes één voor één zal laten zien en de kaartjes op de juiste kleur zal leggen. Vraag de leerling welke stapel zij denken dat het grootst zal zijn. Leg uit dat het u niet uitmaakt welke stapel groter is. Het gaat immers om het oefenen.
3: Rustig flitsen
U laat de letterkaartjes één voor één zien en als de leerling de letter in één keer zegt, dus zonder nadenken, dan legt u deze op groen. Als de leerling even nadenkt (langer dan een seconde) of eerst een andere klank zegt en dan de juiste, dan komt deze op oranje. Als de leerling het niet weet, dan kunt u de leerling een hint geven, maar als de leerling de letter echt niet kent, dan legt u deze op rood.
4: Samen resultaten bekijken
U bekijkt samen de stapels en kijkt naar de reactie van de leerling. Vaak zijn de leerlingen verrast omdat de groene stapel meestal het hoogste is. Is de leerling teleurgesteld, dan kunt u dat wegnemen door de groene kaartjes samen te tellen en daarna te bedenken hoeveel de leerling er de volgende keer op groen zou willen hebben. U zou het nog een keer kunnen spelen en dan de lastige letter bovenop leggen. Vraag de leerling: welke letter wil je bovenop?
Steeds als u dit speelt vraagt u: hoeveel denk je dat er op groen gaan? Evenveel, meer of minder? Wanneer ben je tevreden? Geef ook aan wanneer ù tevreden bent. Het aantal letters op groen kunt u laten noteren of inkleuren in een grafiek.
Mocht de letter d/b steeds mis gaan, wat normaal is vanwege het lateralisatieproces wat meestal pas vanaf 7 jaar over is, train dit dan specifiek. U kunt de leerling vragen: wat is jouw lievelingsletter van de b en de d? Maak hier een leuk spiekkaartje van. Deze letter zou u steeds bovenop kunnen leggen. Zorg ervoor dat u bij andere leesactiviteiten steeds deze lievelingsletter uitvergroot. Bijvoorbeeld door te zeggen: Daar is hij weer!
Er zijn methodes waarbij beide letters worden aangeboden, zoals met twee duimen of met het woord bed. Uit de ervaring vinden we deze methode minder effectief. Kies één letter die u bombardeert tot lievelingsletter en prent deze in.
Mocht het mis gaan, dan zegt u gewoon: Het is die andere. Dan verbetert de leerling zich en over het algemeen zal de leerling de lievelingsletter herkennen en goed zeggen. Een bladzijde scannen om de lievelingsletter te herkennen en eventueel een kleurtje te geven is ook een goede manier.
5: Op tempo flitsen
Na het trainen op nauwkeurigheid, kunt u de letters die op groen zijn gegaan op tempo gaan oefenen. Een zandloper is hierbij erg leuk voor de kinderen. U zegt: Hoeveel letters gaan we lezen in 1 minuut? De leerling mag zichzelf steeds proberen te verbeteren. Oefen dit zo’n twee tot drie keer na het stoplicht.
6: Inzichtelijk maken
U noteert het record. De eerstvolgende keer dat u gaat oefenen, vraagt u: wil je hetzelfde, meer of minder letters in 1 minuut? Wanneer ben je tevreden? Geef ook aan wanneer u tevreden bent en u spreekt met de leerling af wat u doet als hij/zij dit niet haalt. Bijvoorbeeld nog een keer oefenen. u maakt een plan waar u beiden tevreden over bent. Hiermee voorkomt u teleurstelling en frustratie, doordat u heel voorspelbaar bent en duidelijk afspraken hebt gemaakt over het aantal letters. U kunt de leerling het aantal letters laten noteren in een grafiek.
Mocht het echt een keer niet lukken om het record te verbreken, geen probleem, dan lukt het vast de volgende keer weer. Focus op het record wat de leerling heeft behaald. Je record is … Als u het idee hebt dat er nog winst te behalen is door nog een keer de oefening te doen, dan kunt u dat doen. Maar soms is het even niet anders (bijvoorbeeld als het te warm is, de leerling zijn dag niet heeft of bij een andere reden) dan kunt u gewoon stoppen en de volgende keer weer kijken of het record verbroken kan worden.
T O T S L O T
7: Perspectief bieden
Blijf uw vertrouwen tonen, dit geeft perspectief.
Over het algemeen lukt dit altijd. De uitzondering hierbij kan zijn: een leerling met een zeer moeilijk lerend niveau. Bij hen kan het gebeuren dat zij de ene keer wel zoveel letters weten en de keer erna weer niet. Het beklijft meestal moeilijk bij hen. Toch kunnen deze leerlingen u ook verrassen. Zo hebben wij ooit een leerling in behandeling gehad met een totaal IQ van 59. Zij kon technisch lezen op AVI E7 niveau. Technisch lezen is namelijk een trucje. Begrijpend lezen blijft bij leerlingen met een lager IQ lastig.
Vanuit onze ervaring kunnen wij zeggen dat álle kinderen bij de oefening ‘letters flitsen’ veel lol hebben. Ze willen zichzelf graag verbeteren. En doordat ze de letters steeds vlotter weten te benoemen, ervaren ze ook meer succes bij het lezen van woorden en zinnen. Vanzelfsprekend geeft dit meer leesplezier!
Veel plezier met oefenen.

A U T E U R
Sandra van Leeuwen
Trainer SLB (Specialistische leesbegeleiding)
J U N I 2021
L I T E R A T U U R
(1) Struiksma, A.J.C., Leij, A. van der & Vieijra, J.P.M. (2018). Diagnostiek van technisch lezen en aanvankelijk spellen. Amsterdam: VU Uitgeverij.